In de schoolleeftijd is het sociale aspect van de motoriek heel belangrijk. Het kan zijn dat een kind tijdens het buitenspelen, het spelen op het schoolplein of tijdens de gymles niet goed mee kan doen met de spelletjes. Misschien lukt het stilzitten in de kring of tijdens het werken niet goed.  Ook het leren schrijven kan erg moeilijk zijn.

Hierdoor kan het contact met andere kinderen afwijkend verlopen. Het kind trekt zich bijvoorbeeld terug of er zijn veel confrontaties met leeftijdsgenoten. Ook kan het zijn dat het kind juist speelt met veel jongere of oudere kinderen.

Kinderfysiotherapie bij:

  • vertraagde of afwijkende motorische ontwikkeling (moeite met rennen, springen, hinkelen, zwemmen, klimmen en klauteren, traplopen, fietsen etc.)
  • meer dan gemiddeld struikelen, botsen of vallen
  • angstig zijn bij klimmen en klauteren, los leren fietsen, stoeien
  • afwijkend looppatroon (zoals op de tenen lopen of met de voeten naar binnen gedraaid lopen)
  • het vervelend vinden om vieze handen te maken
  • het vervelend vinden om aangeraakt te worden
  • het vermijden van groepsspel of groepsactiviteiten
  • bewegingen te hard of te zacht doen
  • vaak voorwerpen laten vallen, veel kleine ongelukjes of regelmatig dingen omstoten
  • moeite om zich te concentreren
  • moeilijk stil kunnen zitten
  • moeite met gymnastiek
  • houterig of langzaam bewegen
  • niet houden van knippen, plakken, knutselen, tekenen en kleuren
  • moeite met schrijven van de naam
  • problemen met schrijven (slordig, te snel of te traag)
  • een matige lichaamshouding heeft (bijvoorbeeld een kromme of holle rug)
  • snel vermoeid
  • problemen met de luchtwegen
  • gewrichten kunnen heel ver bewegen of juist niet ver genoeg
  • veel door de enkels zwikken
  • het niet goed herstellen of angstig zijn in bewegen na een botbreuk of blessure
  • achteruitgang  in het functioneren (bijvoorbeeld meer gaan vallen of iets niet meer kunnen wat het voorheen wel kon)
  • blessures en overbelastingsklachten